Volgens Jan Verheyen moet je deze films gezien hebben op Proximus TV

Door Jan Verheyen

Deel dit nieuws

LUCY

Luc Besson is altijd al een atypische Franse regisseur geweest. Met zijn voorliefde voor stijlvolle genrefilms en zijn commerciële flair veroverde hij met ‘Le grand bleu’ en daarna met onder andere ‘Leon’, ‘Nikita’ en ‘The fifth element’ eerst Frankrijk en daarna de wereld. De man werd een merk, creëerde met Europacorp een eigen filmstudio en distributiemaatschappij  en drukte als producent zijn stempel op hits als de spectaculaire Franse actiefilm-franchise ‘Taxi’, de ‘Transporter’-films met Jason Statham, en de drie ‘Taken’-films die de ietwat saaie Liam Neeson zowaar heruitvonden als actiester. Een slimme, creatieve ondernemer,  kortom, die nu zelf nog eens als regisseur uithaalt met ‘Lucy’, een supergestileerde, adembenemende zij het scenariëel in de finale helaas totaal ontsporende actiefilm met Scarlet Johansson als een jonge vrouw die door haar laf vakantielief – rol van Pilou Asbek, bekend uit ‘Borgen’ – betrokken wordt in een drugsmokkel, een superdrug geïnjecteerd krijgt en daardoor krachten krijgt waarvan je liever niet hebt dat een zeer pissed off jonge vrouw ze heeft. Het verhaal zelf, ik suggereerde het al, balanceert op een zeer slappe koord en tuimelt er ook een paar keer af en u moet zelf maar oordelen hoe erg u dat wenst te vinden, maar qua pure adrenaline en de fun van filmmaken met grote middelen smaakt dit soms zelfs naar Tarantino. ‘Lucy’ was in het voorjaar van vorig jaar een zeer grote verrassingshit internationaal en bevestigt dat Besson, ondertussen 55, nog steeds weet hoe het moet.

 

AUGUST : OSAGE COUNTRY

Iets heel anders is ‘August : Osage County’, een familiedrama gebaseerd op het toneelstuk van Tracy Letts dat eind vorig jaar ook bij ons een grote co-productie was tussen Toneelhuis, KVS, NTGent en Olympique Dramatique. Het hele stuk – en ook de film – speelt zich af op de hoeve van pater familias Beverly Weston, rol van Sam Shepard, die is verdwenen. De hele familie komt bij elkaar en al gauw barsten lang sluimerende frustraties open als rijpe zweren. Ik wil er meteen bij zeggen dat de film niet echt probeert om zijn  theaterorigine te verbergen en dus heel erg steunt op lange dialoogscènes, als dat niet uw ding is zou ik er niet aan beginnen, en dat de grens tussen emotie en sentiment soms flinterdun is. Maar : er word geweldig in geacteerd door een indrukwekkende cast, en er zitten een paar scènes in waar je echt stil van wordt. Het moment waarop Meryl Streep, die de moederrol speelt, terugdenkt aan een kerstfeest uit haar jeugd is een instant-klassieker. Streep kreeg een Oscarnominatie net als Julia Roberts, die een van de dochters speelt, en wat mij betreft had Margot Martindale, tante Mattie Fae, er ook een verdiend. Regisseur is John Wells, die carrière maakte als producer van onder andere ‘E.R.’ en ‘The West Wing’ en twee jaar geleden verdienstelijk debuteerde met ‘The Company Men’. Zijn regie is efficiënt en onopdringerig en geeft alle ruimte, misschien zelfs net iets teveel, aan de acteurs.

 

THE HOMESMAN

‘The homesman’ is een harde, sombere, realistische western, de tweede regie na ‘The three burials of Melquiades Estrada’ van  acteur Tommy Lee Jones, die zelf ook naast Hilary Swank de mannelijke hoofdrol speelt. Hij is George Briggs, een norse, zwijgzame man – niet echt een stretch voor Jones – die de alleenstaande weduwe Mary Bee Cuddy, Swank dus, vergezelt op een lange, barre tocht van een geisoleerde nederzetting naar de dichtstbijzijnde stad. Hun lading : drie vrouwen die door het harde pioniersleven in een uithoek van het amper getemde Westen compleet kierewiet zijn geworden. Geen komedie dus, ‘The homesman’, dat is me dunkt duidelijk. Maar wel een aangrijpende, boeiende, visueel imponerende film, vrij meanderend in zijn vertelling – zo is er  een lange, fascinerende  scène waarin Jones het opneemt tegen een arrogante nouveau riche, rol van James Spader, die de vrouwen onderdak weigert in zijn nieuwe hotel die verder niet zo gek veel uitstaans heeft met het eigenlijke verhaal. Jones en Swank zijn allebei erg goed, en kleinere rollen worden soms verrassend ingevuld door grote namen als John Lithgow, Meryl Streep en Hailee Steinfeld, de revelatie uit ‘True Grit’ van de Coen brothers. Fijn haar nog eens terug te zien in een bijzondere, op een mooie manier ruwe, weliswaar ietwat naargeestige maar absoluut toegankelijke film. Luc Besson, hij weer, was één van de producenten.

 

BOYHOOD

Dé cross-over hit van 2014 en één van de favorieten voor de komende Golden Globe, BAFTA en Oscarfeestjes is ‘Boyhood’, een coming-of-age-film die een jongen, Mason, volgt van z’n 5de tot zijn 18de levensjaar. Via Mason observeren we ook zijn gezinssituatie, een stukje Amerikaanse geschiedenis, zijn eerste liefde, de pijnen van het opgroeien – en met als in het oog springende gimmick dat de film ook echt is gedraaid over een periode van 13 jaar met in de hoofdrol Ellar Coltrane die we dus letterlijk zien opgroeien, ouder worden in deze film. En dat geldt uiteraard ook voor de andere acteurs, waaronder Patricia Arquette als de moeder en Ethan Hawke als de afwezige vader die terug een plaats wil veroveren in het leven van zijn vrouw en zoon. Ik moet toegeven dat ik eerst sceptisch was : de film duurt bijna drie uur, Richard Linklater, de regisseur, is vooral bekend voor  zijn danig over het paard getilde babbeltrilogie ‘Before sunset’, ‘Before sunrise’ en ‘Before midnight’ en  ook ‘Boyhood’ werd dermate gehypt door de recensenten dat je d’r al op voorhand een grondige hekel aan kreeg. Maar hey, ik was al na tien minuten bekeerd : ‘Boyhood’ is een mooie, pure familiekroniek, vlekkeloos vertolkt, discreet en m.i. in het juiste emotionele register geregisseerd, en sowieso een fris buitenbeentje in het bioscoopaanbod van 2014. Ietwat overschat misschien – het is niet de second coming of the lord die sommigen er in hebben gezien – en je moet er even de tijd voor nemen, maar daar word je echt wel voor beloond.

 

3 DAYS TO KILL

Ik eindig met een guilty pleasure, nog een actiefilm uit de fabriek van Luc Besson, zij het dat hij zich hier beperkte tot het scenario, een verhaal over een terminaal zieke CIA-agent die nog maar een paar maanden te leven heeft en naar Parijs trekt om die tijd door te brengen met zijn vervreemde vrouw en tienerdochter. Hij wordt door de CIA evenwel met enige dwang gevraagd voor een laatste opdracht in ruil voor een experimenteel medicijn dat zijn levenskansen vergroot. ‘3 days to kill’ heeft, net als ‘Lucy’ en de meeste films van Besson, niet altijd veel respect voor verhalende logica en flirt in de vader-dochter relatie zeer zeker met sentimentaliteit maar dat wordt, voor mij althans, ruimschoots gecompenseerd door de vertolkingen van Kevin Costner en de onvolprezen Hailee Steinfeld, kleurrijke nevenpersonages en weer een aantal adrenaline-pompende, door de Franse topcameraman Thierry Arbogast verbluffend in beeld gebrachte actiescènes en achtervolgingen in Budapest en het centrum van Parijs. Het is wat het is, en  het  is vooral ook wat het wil zijn : goedgemaakt, spectaculair entertainment voor wie dat graag ziet. Count me in.

Kijk wat je leuk vindt, waar en wanneer je wilt.

Ontdek Pickx Inloggen

Top

Top